zondag 7 december 2008

Het leven van een tuinder



Als zoon van een tuinder ben ik opgegroeid tussen de bloemetjes en de bijtjes, letterlijk. Als zoon van een tuinder ben ik opgegroeid tussen de bloemetjes en de bijtjes : letterlijk. We teelden jarenlang augurken in de kas en hadden daarvoor bijen die de bevruchting stimuleerden waardoor je meer augurken kreeg. Samen met mijn vader heb ik dus regelmatig de imkersmuts op gehad (en menige bijensteek opgelopen). Mijn vader zie altijd dat dat heel gezond was en tegen reuma zou helpen ...

We hielpen altijd mee op het bedrijf. Mijn ouders teelden voornamelijk kasaugurken, sla, tomaten, andijvie, asperge en later ook zaadteelten voor een groot bedrijf uit de buurt. Het bedrijf lag in Egchel, Limburg op de Gruise Epper 6. De naam van de straat is nogal apart en omschrijft de grond : grijze, droge bosgrond. Telen daarop was moeilijk omdat de grond arm aan voedingsstoffen is en snel droog. Gelukkig hebben mijn ouders er toch altijd de dagelijkse kost mee weten te verdienen. Inmiddels is mijn vader met pensioen en heeft hij het bedrijf afgebouwd en verkocht. We denken met weemoed terug aan een mooie tijd. Toen kon men zo nog leven van een klein tuinbouwbedrijf. Inmiddels niet meer : een dergelijk klein bedrijf is niet meer levensvatbaar in deze moderne tijd. Jammer, maar het is niet anders.