Sinaasappelen, mango`s en peren bieden van alle soorten fruit de meeste voedingsvezels. Dat zegt de Consumentenbond op basis van eigen onderzoek.
Genoemde fruitsoorten bieden per portie drie gram vezels.
Appels bieden met ruim twee gram ook aardig wat vezels, zij het dat er verschillen zijn tussen elstars (wat minder) en granny smith en golden delicious (wat meer). Voorwaarde is wel dat je de appels eet mét schil, want anders gaat er al zo`n 0,9 gram af.
Van de groenten is broccoli met 4,5 gram op een portie van 150 gram de beste bron van vezels, gevolgd door bospeen, rode kool en sperziebonen (3,8 gram per portie van 150 gram). Tomaat, courgette, komkommer en ijsbergsla bevatten weinig vezels.
Veel voordeel van vezels
Een volwassene heeft dagelijks dertig tot veertig gram voedingsvezels nodig. De gemiddelde Nederlander komt daar echter niet aan.
Te weinig voedingsvezels eten kan een moeizame stoelgang tot gevolg hebben.
Bovendien hebben bepaalde typen voedingsvezel een gunstige invloed op het cholesterolgehalte en beschermen ze tegen hart- en vaatziekten. Ook dragen ze bij aan een gevoel van verzadiging, waardoor je minder snel te veel eet.
Brood, groente, fruit en peulvruchten zijn belangrijke leveranciers van vezels. Twee ons groente per dag, twee stuks fruit, zes sneetjes volkoren brood en twee ons aardappelen, peulvruchten, (zilvervlies-) rijst of volkoren pasta is een goed uitgangspunt.
